Nederlands: Opschriften / Merken: opschrift, op de voet van de troon: ‘QVESTA - TAVOLA - AFACTA - FARE - SVORA - CATERINA - FIGLIVOLA - DITOMASO - DISALVESTRO - DI NVCCARELLO - NE - MCCCCC2 (Dit retabel heeft laten maken zuster (non) Catharina, dochter van Tomaso van Salvestro Nuccarello's zoon in het jaar 1502)
Omschrijving: Op een troon met toogvormige rugleuning, deel uitmakend van een door een horizontale lijst in tweeën gedeelde wand, zit Maria met de benen iets naar rechts en het hoofd iets naar links. Het naakte, op haar schoot zittende kind houdt zij bij een arm en een been vast. Het wijst met zijn vinger op zijn mond en heeft in de linkerhand een appel. Links van de troon staat Hieronymus op het linkerbeen en met het rechter gebogen. Hij is iets naar Maria toegewend en heeft de blik op haar gevestigd. Hij houdt met de rechterhand een steen tegen de ontblote borst en houdt met zijn linker de naar rechts toegeslagen mantel op. Aan zijn gebogen linkerarm hangt de kardinaalshoed, aan zijn voeten ligt de leeuw. Rechts van Maria staat St. Nicolaas, eveneens iets naar haar toegewend en voor zich uitziende. In de rechter heeft hij de kromstaf en in de linker, waarmee hij zijn koorkap ophoudt, tevens een boek; aan zijn voeten de drie gouden ballen. Maria draagt een sluier en een onder de hals gesloten mantel, die over de linkerarm hangt en naar rechts over de knieën is toegeslagen, zodat haar gewaad slechts op enkele plaatsen te zien is. Hieronymus draagt over zijn gegorde, kemelsharen kleed een mantel, die van de linkerschouder afhangt, achter de rug langs loopt en naar rechts is toegeslagen. St. Nicolaas met mijter en handschoenen, waarop edelstenen prijken, draagt over het om het middel gegorde koorhemd een koorkap met op de borst een agrafe. De predella met bovenaan een vooruitspringende eierlijst en onderaan een dergelijke lijst met bladmotiefwordt door balusters in vijf velden ingedeeld. Op het middelste veld wordt tussen twee rotswanden Christus' graf uitgebeeld, waarin hij, zijn wonden tonend, met gespreide armen staat. Naast de tombe staan lans en rietstengel met spons. In het linker veld knielt, in profiel, Hieronymus in een rotslandschap voor een kruis; voor hem de liggende leeuw, die met open muil naar hem opziet en die hij schijnt toe te spreken. In het rechter veld staat St. Nicolaas als bisschop voor een gebouw met getralied venster, waarbinnen de drie dochters van de verarmde edelman zitten naast een van hen afgewende jongeling. De heilige houdt in de opgeheven hand een gouden bal, die hij door het venster zal werpen. Geheel links het embleem van de stichteres Catharina, een C en een kruis, en geheel rechts haar familiewapen, een klimmende leeuw. Het hoofdtafereel, wordt ingesloten door een hoofdgestel, dat aan weerszijden rust op twee kapitelen, waaronder pilasters met kandelaberornamenten. Het hoofdgestel bestaat uit een architraaf met bladversiering, een fries met een zich viermaal herhalende putto tussen horens van overvloed en bladranken. Hierboven de geprofileerde kroonlijst met eierlijst, kraallijst en een met bladmotief.